Inleiding | ||
---|---|---|
Onderdeel | Grondslag | Toelichting |
Loonontwikkeling | 1,20 | Het percentage is gebaseerd op de Macro Economische Verkenningen van het CPB (maand maart 2021). |
Prijsontwikkeling | 1,40 | Het percentage is gebaseerd op de Macro Economische Verkenningen van het CPB (maand maart 2021). |
Rente | 0,40 | Zie toelichting. |
Huren en pachten | 1,40 | Het percentage is gebaseerd op de Macro Economische Verkenningen van het CPB (maand maart 2021). |
Subsidies | 1,40 | Het percentage is gebaseerd op de Macro Economische Verkenningen van het CPB (maand maart 2021). |
Belastingen | 1,40 | Het percentage is gebaseerd op de Macro Economische Verkenningen van het CPB (maand maart 2021). |
Leges en heffingen | 1,40 | Het percentage is gebaseerd op de Macro Economische Verkenningen van het CPB (maand maart 2021). |
Aantal inwoners | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 |
---|---|---|---|---|
44.000 | 44.115 | 44.230 | 44.345 | |
Aantal woningen | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 |
20.435 | 20.585 | 20.735 | 20.800 | |
De prognoses zijn gebaseerd op interne opgaven. |
Toelichting op de geactualiseerde kapitaallasten in de begroting 2022
De kapitaallasten (afschrijving en rente) zijn geactualiseerd waarbij de activa uit de jaarstukken 2020 en de geëxtrapoleerde gegevens uit de begroting 2021 als basis zijn genomen en rekening is gehouden met een fasering van de nieuwe investeringen. Deze fasering van de geplande investeringen is van belang omdat tot afschrijving wordt overgegaan na het gereedkomen.
In deze meerjarenbegroting is conform de Nota activering- en afschrijvingsbeleid en de Kadernota 2022 rente berekend over de nieuwe investeringen van 0,4%. Voor 2022 betekent dit dat naast de rente die wordt toegerekend aan de grondexploitaties er een minimaal bedrag aan renteresultaat (verschil werkelijk betaalde rente en de doorberekende rente) blijft om te berekenen over de boekwaarden per 1 januari 2022 en toe te rekenen aan de betreffende taakvelden. (zie ook "rentetoerekening" in de paragraaf Financiering).
Door het gunstige verloop van de grondexploitaties, waardoor minder rente kan worden toegerekend over de boekwaarde, ontstaat vanaf 2021 een situatie dat genoemd renteresultaat wordt doorberekend aan de taakvelden. De volgende omslagpercentages voor genoemde resterende rente zijn doorberekend over de boekwaarden per 1 januari van het betreffende jaar:
Jaar | Omslagpercentage |
---|---|
2021 | 0,27 |
2022 | 0,35 |
2023 | 0,29 |
2024 | 0,26 |
2025 | 0,17 |
De fluctuaties worden voornamelijk veroorzaakt door het afsluiten van bouwgrondexploitaties de komende jaren.
Voor de toerekening van de overheadkosten aan (kostendekkende) tarieven maken we gebruik van een opslagpercentage. Dit percentage wordt jaarlijks bij de meerjarenbegroting bepaald en vastgesteld.
De totale overhead volgens taakveld 0.4 wordt omgeslagen over het totaal van de geraamde directe personeelslasten (salarissen en inhuur). De berekening is conform artikel 12, lid 5 van de financiële verordening en komt uit op 89%.